GLMC 5 - Beheer van de bodembewerking om het risico van bodemaantasting en erosie te beperken, rekening houdend met de helling

De onderstaande beschrijving van steunmaatregelen en tegemoetkomingen wordt louter ter informatie gepubliceerd en heeft geen rechtsgevolgen. Alleen de wetteksten die in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd, worden als de officiële en definitieve versie beschouwd.

GLMC 5 - Beheer van de bodembewerking om het risico van bodemaantasting en erosie te beperken, rekening houdend met de helling

De voorgestelde maatregelen helpen om het risico op bodemerosie te beperken.

Op wie is dit van toepassing?

Landbouwers met percelen met een hellingsgraad die groter is dan of gelijk is aan 10% (R10) of 15% op meer dan 50% van hun oppervlakte of meer dan 50 are.

Vanaf wanneer is deze norm van toepassing?

Vanaf 1 januari 2024.

Welke regels moeten worden nageleefd?

Het is verboden om hakvruchten of verwante planten te telen op risicopercelen R10/R15, tenzij een grasstrook of een strook ingezaaid met wintergranen wordt geïnstalleerd onderaan de helling en aan de binnenrand van het perceel om de afspoeling van de grond buiten het perceel te beperken.

De na te leven voorwaarden voor deze strook met grasland zijn :

De teelt van hakvruchten of verwante planten is echter toegestaan als het aangrenzende perceel, dat zich onderaan het perceel met erosiegevaar bevindt,:

De hakvruchten en verwante planten zijn silomaïs, korrelmais, voederbiet, suikerbiet, aardappelen (vroege, plantgoed, zetmeel, niet-vroege en primeurs), cichorei (inuline) en koffiechicorei, voederwortelen, conservenbonen, peulvruchten en de andere groenten in de zin van het verzamelaanvraagformulier.

Vanaf 1 januari 2025 moeten landbouwers op percelen die een gebied omvatten van meer dan 50% van hun oppervlakte of een gebied uit één geheel van meer dan 50 are met een helling van 15% of meer de volgende handelingen uitvoeren:

1° het scheiden van de drempels tussen aardappelruggen bij aardappelteelt;

2° het loodrecht op de helling ploegen op percelen met een breedte van meer dan 140 meter.

Verandering ten opzichte van het GLB 2015-2022:

De strook met grasland moet 9 m breed zijn in plaats van 6 m onder het programma 2015- 2022.

Vanaf 1 januari 2025 zijn er bijkomende maatregelen vereist op de percelen R15.

Wat riskeert u als u er niet aan voldoet?

Indien bij een controle ter plaatse of bij een administratieve controle wordt geconstateerd dat een van de normen en eisen van de conditionaliteit op uw bedrijf niet is nageleefd, wordt een verlaging (in de vorm van een percentage) toegepast op uw steun voor het jaar (of de jaren) waarin de niet-naleving heeft plaatsgevonden. De grootte van het verlagingspercentage wordt berekend op basis van de ernst, de omvang en het voortduren van de niet-naleving, en van de vraag of deze opzettelijk of herhaaldelijk werd begaan. De vermindering kan dus gaan van 0% (waarschuwing, voor kleine inbreuken) tot 100% (ernstige, herhaalde en/of opzettelijke inbreuken) van de steun voor het betrokken jaar.

Voor alle inlichtingen

Voor algemene vragen kunt u dit contactformulier

Voor alle technische vragen of vragen over uw dossier kunt u contact opnemen met uw Buitendirectie: https://agriculture.wallonie.be/contacter-les-directions-exterieures.