Poelen

POELEN

1. Definitie en algemene vereisten

Poelen: stilstaande wateren met een minimale oppervlakte van 25 m² van 1 november tot 31 mei en een maximale oppervlakte van 30 are.

Bij wijze van uitzondering mag de oppervlakte van een poel minder dan 25 m² bedragen in geval van ernstige droogte.

Kunstmatige poelen (van beton of plastic) zijn niet toegestaan.

Vijvers voor visserij en visteelt zijn uitgesloten.

Poelen kunnen verbonden zijn met Waals Hydrografisch Netwerk.1

Algemene vereisten:

Wat de toegang van vee tot de poel betreft, is het niet verplicht om poelen af te schermen die niet zijn aangegeven onder GLMC 8 of niet zijn opgenomen in het ER netwerk, tenzij de poel zich in een Natura 2000-gebied bevindt. In dat geval is er een verplichting om te omheinen, behalve bij het drenken over 25% van de perimeter van de poel en behalve bij ontheffing verleend door het DNF voor zeer extensieve begrazing die gunstig is voor de biodiversiteit (concreet: graslanden in AMKM MC4 of in een natuurreservaat).

Wat het spreiden betreft, is het verboden om meststoffen (chemisch en organisch) en gewasbeschermingsmiddelen te spreiden binnen 6 meter van eender welk oppervlaktewater, inclusief poelen.

Wat de naleving van de randvoorwaarden voor landbouw betreft, is GLMC 8 - 'Behoud van de topografische kenmerken' als volgt van toepassing:

- elke vernietiging van een poel is verboden, tenzij dit is toegestaan door een stedenbouwkundige vergunning of, bij gebrek daaraan, door de bevoegde autoriteit,

- elke wijziging van het reliëf van de bodem van een poel is verboden (met uitzondering van de periodieke ruiming indien nodig)

2. In GLMC 8 – minimumaandeel bouwland dat wordt gebruikt voor nietproductieve gebieden of elementen

Om in GLMC 8 te worden meegeteld, moeten de poelen op bouwland liggen en niet alleen voldoen aan het hierboven beschreven algemene kader, maar ook aan twee reeksen vereisten:

- eisen gekoppeld aan hun fysieke kenmerken;

- eisen met betrekking tot hun beheer of het beheer van omliggende gebieden.

A. Fysieke eigenschappen

1) de poel heeft een oppervlakte tussen 1 en 30 are;

2) de door eenzelfde exploitant aangegeven poelen liggen minstens 6 meter uit elkaar;

3) Wanneer op een bedrijf meer dan tien poelen aanwezig zijn, bepaalt een deskundige welke poelen op basis van hun milieubelang in aanmerking kunnen worden genomen.

Met betrekking tot 1) mag een vegetatiestrook die grenst aan de poel in aanmerking worden genomen bij de berekening van de oppervlakte van de poel onder de volgende cumulatieve voorwaarden:

1° de strook heeft een groenbedekking die verschilt van die van het aangrenzende bouwland;

2°de bij punt B. beheerseisen hieronder beoogde eisen zijn in elk geval van toepassing;

3° het maaien van de vegetatie met wegvoering is er verboden;

4° de begrazing van de vegetatie is er verboden (er mag wel een drenkplaats voor vee worden ingericht over 25% van de perimeter van de poel);

6° de strook wordt meegeteld bij de limiet van 30 are;

7° de strook kan begroeid zijn.

B. Beheerseisen

1) er mag geen afval of materiaal in de poel worden gedeponeerd;

2) het maaien met wegvoering en de begrazing van de vegetatie alsook het opstarten van teelten zijn verboden binnen 1 meter van een poel (hoewel een drenkplaats voor vee mag worden ingericht over 25% van de perimeter van de poel).

C. Conversie- en wegingscoëfficiënten die worden gebruikt om een poel om te zetten in een niet-productieve oppervlakte die bijdraagt aan het minimumpercentage bouwland dat wordt gebruikt voor niet-productieve oppervlakten en elementen:

Element	% NPO	Instandhouding	Conversiecoëfficiënt	Wegingscoëfficiënt	Oppervlakte
Poel (per poel)	X	x	400	1.5	600 m²

3. Poelen en ER ecologisch netwerk

Om in het ER netwerk te worden meegeteld, moeten de poelen niet alleen voldoen aan het bij punt 1 beschreven algemene kader, maar ook aan twee reeksen vereisten:

- eisen gekoppeld aan hun fysieke kenmerken;

- eisen met betrekking tot hun beheer of het beheer van omliggende gebieden.

A. Fysieke eigenschappen

Zie punt 2, A, hierboven.

B. Beheerseisen

1) verspreiding van meststoffen (chemische en organische) binnen 12 meter van de poel is verboden;

2) besproeiing met gewasbeschermingsmiddelen binnen 12 meter van de poel is verboden;

3) omploegen binnen 6 meter van de poel is verboden;

4) begrazing op minder dan 2 meter van de poel is verboden (er mag wel een drenkplaats voor vee worden ingericht over 25% van de perimeter van de poel);

5) maaien van de vegetatie met wegvoering en opstarten van teelten op minder dan 1 meter van de poel is verboden;

6) onderhoud van de poel (ruiming in geval van dichtslibbing of aanslibbing) is verplicht;

7) er mag geen afval of materiaal in de poel worden gedeponeerd.

C. Conversie- en bonificatiecoëfficiënten van een poel in begunstigde milieuoppervlakte van de hulp voor de ecoregeling voor het ecologische netwerk

Elementen	Conversiecoëfficiënt	Wegingscoëfficiënt	Oppervlakte	Bonificatiecoëfficiënten*
Topografische kenmerken:
Poelen (per poel)	400	15	6000 m²	1,5

*De bonificatiecoëfficiënt wordt toegepast op poelen die geheel of gedeeltelijk binnen de ecologische hoofdstructuur (EHS-zone) liggen.